verhakkelen

Conjugations List of Verhakkelen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikverhakkelverhakkeldeheb verhakkeld
jij, je, uverhakkeltverhakkeldehebt verhakkeld
hij, zij, hetverhakkeltverhakkeldeheeft verhakkeld
wijverhakkelenverhakkeldenhebben verhakkeld
jullieverhakkelenverhakkeldenhebben verhakkeld
zij, zeverhakkelenverhakkeldenhebben verhakkeld

Presens
Beta

Example presens sentences for Verhakkelen with some of the pronouns.

  • Ik verhakkel vaker tijdens zenuwachtige momenten.
  • Jij verhakkelt soms je woorden als je gestrest bent.
  • Hij verhakkelt regelmatig zijn uitspraak van moeilijke klanken.
  • Wij verhakkelen nooit onze presentaties voor de klas.
  • Zij verhakkelen zelden hun zinnen tijdens het spreken.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Verhakkelen with some of the pronouns.

  • Ik verhakkelde altijd mijn tekst bij het oefenen.
  • Jij verhakkelde regelmatig je zinnen in het verleden.
  • Hij verhakkelde zijn presentatie tijdens de vergadering.
  • Wij verhakkeldden soms onze spraakpatronen als kinderen.
  • Zij verhakkeldden vaak hun toespraken voor publiek.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Verhakkelen with some of the pronouns.

  • Ik heb verhakkeld tijdens mijn laatste toespraak.
  • Jij hebt je woorden verhakkeld toen je nerveus was.
  • Hij heeft zijn uitspraak van die woorden verhakkeld.
  • Wij hebben nog nooit zo erg verhakkeld als vorige week.
  • Zij hebben hun zinnen vaak verhakkeld in het verleden.