voleinden
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | voleind | voleindde | heb voleind |
| jij, je, u | voleindt | voleindde | hebt voleind |
| hij, zij, het | voleindt | voleindde | heeft voleind |
| wij | voleinden | voleindden | hebben voleind |
| jullie | voleinden | voleindden | hebben voleind |
| zij, ze | voleinden | voleindden | hebben voleind |
PresensBeta
Example presens sentences for Voleinden with some of the pronouns.
- Ik voltooi mijn huiswerk elke dag.
- Jij voltooit je lessen met veel toewijding.
- Hij voltooit zijn taken altijd op tijd.
- Zij voltooien de opdrachten samen.
- We voltooien het project deze week.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Voleinden with some of the pronouns.
- Ik voltooide mijn stage vorig jaar.
- Jij voltooide de puzzel gisteren.
- Hij voltooide zijn opleiding en begon te werken.
- Zij voltooiden de marathon in een recordtijd.
- We voltooiden het boek in één dag.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Voleinden with some of the pronouns.
- Ik heb mijn werkzaamheden voltooid.
- Jij hebt je studie succesvol voltooid.
- Hij heeft de race als eerste voltooid.
- Zij hebben de bouwwerkzaamheden voltooid.
- We hebben het doel van het project voltooid.