zwenken

Conjugations List of Zwenken.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikzwenkzwenkteben gezwenkt
jij, je, uzwenktzwenktebent gezwenkt
hij, zij, hetzwenktzwenkteis gezwenkt
wijzwenkenzwenktenzijn gezwenkt
julliezwenkenzwenktenzijn gezwenkt
zij, zezwenkenzwenktenzijn gezwenkt