aankondigen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | kondig aan | kondigde aan | heb aangekondigd |
jij, je, u | kondigt aan | kondigde aan | hebt aangekondigd |
hij, zij, het | kondigt aan | kondigde aan | heeft aangekondigd |
wij | kondigen aan | kondigden aan | hebben aangekondigd |
jullie | kondigen aan | kondigden aan | hebben aangekondigd |
zij, ze | kondigen aan | kondigden aan | hebben aangekondigd |
PresensBeta
Example presens sentences for Aankondigen with some of the pronouns.
- De school kondigt een nieuwe website aan voor ouders en leerlingen.
- Ons team kondigt een belangrijke vergadering aan voor volgende week.
- De artiest kondigt binnenkort een nieuw album aan.
- De politicus kondigt maatregelen aan om de werkeloosheid te verminderen.
- Het bedrijf kondigt een samenwerking met een internationale partner aan.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Aankondigen with some of the pronouns.
- Hij kondigde aan dat hij zou stoppen met roken.
- Ze kondigden de komst van een speciale gast aan tijdens het evenement.
- De professor kondigde aan dat hij extra lesmateriaal zou verstrekken.
- Het bedrijf kondigde aan dat er banen zouden worden geschrapt.
- De regering kondigde aan dat er strengere maatregelen zouden komen.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Aankondigen with some of the pronouns.
- De organisatie heeft gisteren een evenement aangekondigd.
- Ik heb vorige maand mijn vertrek bij het bedrijf aangekondigd.
- Ze heeft net haar zwangerschap aangekondigd aan haar familie.
- We hebben zojuist de winnaar van de wedstrijd aangekondigd.
- Het nieuws heeft vandaag een nieuwe serie aangekondigd.