achternazenden

Conjugations List of Achternazenden.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikzend achternazond achternaheb achternagezonden
jij, je, uzendt achternazond achternahebt achternagezonden
hij, zij, hetzendt achternazond achternaheeft achternagezonden
wijzenden achternazonden achternahebben achternagezonden
julliezenden achternazonden achternahebben achternagezonden
zij, zezenden achternazonden achternahebben achternagezonden

Presens

Example presens sentences for Achternazenden with some of the pronouns.

  • Ik zenden achterna naar de verdachte.
  • Jij zendt achterna naar de criminelen.
  • Hij/zij/het zendt achterna naar de dieven.
  • Wij zenden achterna naar de vluchtende daders.
  • Jullie zenden achterna naar de ontsnapte gevangenen.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Achternazenden with some of the pronouns.

  • Ik zond achterna naar de verdachte.
  • Jij zond achterna naar de criminelen.
  • Hij/zij/het zond achterna naar de dieven.
  • Wij zonden achterna naar de vluchtende daders.
  • Jullie zonden achterna naar de ontsnapte gevangenen.

Perfectum

Example perfectum sentences for Achternazenden with some of the pronouns.

  • Ik heb achterna gezonden naar de verdachte.
  • Jij hebt achterna gezonden naar de criminelen.
  • Hij/zij/het heeft achterna gezonden naar de dieven.
  • Wij hebben achterna gezonden naar de vluchtende daders.
  • Jullie hebben achterna gezonden naar de ontsnapte gevangenen.