achterstellen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | stel achter | stelde achter | heb achtergesteld |
jij, je, u | stelt achter | stelde achter | hebt achtergesteld |
hij, zij, het | stelt achter | stelde achter | heeft achtergesteld |
wij | stellen achter | stelden achter | hebben achtergesteld |
jullie | stellen achter | stelden achter | hebben achtergesteld |
zij, ze | stellen achter | stelden achter | hebben achtergesteld |
PresensBeta
Example presens sentences for Achterstellen with some of the pronouns.
- Ik stel mijn werk achter.
- Jij stelt je familie achter.
- Hij/zij/het stelt zijn/haar prioriteiten achter.
- Wij stellen onze verantwoordelijkheden achter.
- Jullie stellen de belangen van anderen achter.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Achterstellen with some of the pronouns.
- Ik stelde mijn vrienden achter.
- Jij stelde je carrière achter.
- Hij/zij/het stelde zijn/haar dromen achter.
- Wij stelden onze eigen belangen achter.
- Jullie stelden de deadlines achter.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Achterstellen with some of the pronouns.
- Ik heb mijn plannen achtergesteld.
- Jij hebt je studie achtergesteld.
- Hij/zij/het heeft zijn/haar behoeften achtergesteld.
- Wij hebben onze persoonlijke wensen achtergesteld.
- Jullie hebben de projecten achtergesteld.