adoreren

Conjugations List of Adoreren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikadoreeradoreerdeheb geadoreerd
jij, je, uadoreertadoreerdehebt geadoreerd
hij, zij, hetadoreertadoreerdeheeft geadoreerd
wijadorerenadoreerdenhebben geadoreerd
jullieadorerenadoreerdenhebben geadoreerd
zij, zeadorerenadoreerdenhebben geadoreerd

Presens

Example presens sentences for Adoreren with some of the pronouns.

  • Ik adoreer de kunst van Van Gogh.
  • Jij adoreert moderne muziek.
  • Hij/Zij adoreert haar favoriete schrijver.
  • Wij adoreren de natuur en gaan vaak wandelen.
  • Jullie adoreren de smaak van Italiaans ijs.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Adoreren with some of the pronouns.

  • Ik adoreerde vroeger klassieke muziek.
  • Jij adoreerde als kind tekenfilms.
  • Hij/Zij adoreerde de oude meesters in de kunst.
  • Wij adoreerden de tradities van onze voorouders.
  • Jullie adoreerden de romantische boeken.

Perfectum

Example perfectum sentences for Adoreren with some of the pronouns.

  • Ik heb de prachtige zonsondergang geadoreerd.
  • Jij hebt het concert geadoreerd.
  • Hij/Zij heeft de nieuwe film geadoreerd.
  • Wij hebben de heerlijke maaltijd geadoreerd.
  • Jullie hebben de architectuur van het gebouw geadoreerd.