beminnen

Conjugations List of Beminnen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikbeminbemindeheb bemind
jij, je, ubemintbemindehebt bemind
hij, zij, hetbemintbemindeheeft bemind
wijbeminnenbemindenhebben bemind
julliebeminnenbemindenhebben bemind
zij, zebeminnenbemindenhebben bemind

Presens
Beta

Example presens sentences for Beminnen with some of the pronouns.

  • Ik bemin mijn partner.
  • Jij bemint de natuur.
  • Hij/Zij/Het bemint zijn/haar hobby.
  • Wij beminnen de kunst.
  • Zij beminnen elkaar.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Beminnen with some of the pronouns.

  • Ik beminde mijn partner.
  • Jij beminde de natuur.
  • Hij/Zij/Het beminde zijn/haar hobby.
  • Wij bemindden de kunst.
  • Zij beminden elkaar.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Beminnen with some of the pronouns.

  • Ik heb mijn partner bemind.
  • Jij hebt de natuur bemind.
  • Hij/Zij/Het heeft zijn/haar hobby bemind.
  • Wij hebben de kunst bemind.
  • Zij hebben elkaar bemind.