bemoederen

Conjugations List of Bemoederen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikbemoederbemoederdeheb bemoederd
jij, je, ubemoedertbemoederdehebt bemoederd
hij, zij, hetbemoedertbemoederdeheeft bemoederd
wijbemoederenbemoederdenhebben bemoederd
julliebemoederenbemoederdenhebben bemoederd
zij, zebemoederenbemoederdenhebben bemoederd

Presens
Beta

Example presens sentences for Bemoederen with some of the pronouns.

  • Ik bemoeder
  • Jij bemoedert
  • Hij/Zij/Het bemoedert
  • Wij bemoederen
  • Jullie bemoederen

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Bemoederen with some of the pronouns.

  • Ik bemoeide
  • Jij bemoeide
  • Hij/Zij/Het bemoeide
  • Wij bemoeiden
  • Jullie bemoeiden

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Bemoederen with some of the pronouns.

  • Ik heb bemoederd
  • Jij hebt bemoederd
  • Hij/Zij/Het heeft bemoederd
  • Wij hebben bemoederd
  • Jullie hebben bemoederd