beschermen

Conjugations List of Beschermen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikbeschermbeschermdeheb beschermd
jij, je, ubeschermtbeschermdehebt beschermd
hij, zij, hetbeschermtbeschermdeheeft beschermd
wijbeschermenbeschermdenhebben beschermd
julliebeschermenbeschermdenhebben beschermd
zij, zebeschermenbeschermdenhebben beschermd

Presens
Beta

Example presens sentences for Beschermen with some of the pronouns.

  • Ik bescherm mijn familie tegen gevaar.
  • Hij beschermt zijn computer met een wachtwoord.
  • Zij beschermt de natuur door afval te verminderen.
  • Wij beschermen onze rechten en vrijheden.
  • Jullie beschermen jezelf door voorzichtig te zijn.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Beschermen with some of the pronouns.

  • Vroeger beschermde ik altijd mijn broertje op het schoolplein.
  • Toen ik jong was, beschermde mijn vader me tegen enge films.
  • In die tijd werden de bossen onvoldoende beschermd tegen kap.
  • Het team beschermde de voorsprong tot het einde van de wedstrijd.
  • Mijn ouders beschermde me altijd tegen nare opmerkingen.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Beschermen with some of the pronouns.

  • Ik heb mijn huis goed beschermd tegen inbraken.
  • Hij heeft zijn gegevens beschermd met sterke encryptie.
  • Zij heeft haar kinderen altijd beschermd tegen gevaren.
  • Wij hebben ons intellectueel eigendom adequaat beschermd.
  • Jullie hebben je privacy goed beschermd op sociale media.