bieden

Conjugations List of Bieden.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikbiedboodheb geboden
jij, je, ubiedtboodhebt geboden
hij, zij, hetbiedtboodheeft geboden
wijbiedenbodenhebben geboden
julliebiedenbodenhebben geboden
zij, zebiedenbodenhebben geboden

Presens
Beta

Example presens sentences for Bieden with some of the pronouns.

  • Ik bied een breed scala aan producten aan.
  • Jij biedt altijd je hulp aan wanneer iemand het nodig heeft.
  • Hij biedt zijn excuses aan voor het ongemak.
  • Wij bieden deze dienst gratis aan voor onze klanten.
  • Zij bieden hun huis te huur aan tijdens de vakantieperiode.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Bieden with some of the pronouns.

  • Vroeger bood ik mijn hulp aan bij de lokale voedselbank.
  • Toen ik haar zag, bood ik direct mijn excuses aan.
  • Hij bood zijn excuses aan voor het vergeten van de afspraak.
  • Wij boden onze klanten altijd een extraatje aan als ze iets kochten.
  • Zij boden ons een kopje koffie aan terwijl we op de monteur wachtten.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Bieden with some of the pronouns.

  • Ik heb een goede prijs aangeboden voor mijn oude auto.
  • Jij hebt haar een baan aangeboden bij jouw bedrijf.
  • Hij heeft hen een contract aangeboden voor een jaar.
  • Wij hebben onze gasten een warm welkom aangeboden.
  • Zij hebben ons een deal aangeboden die we niet konden weigeren.