confereren

Conjugations List of Confereren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikconfereerconfereerdeheb geconfereerd
jij, je, uconfereertconfereerdehebt geconfereerd
hij, zij, hetconfereertconfereerdeheeft geconfereerd
wijconfererenconfereerdenhebben geconfereerd
jullieconfererenconfereerdenhebben geconfereerd
zij, zeconfererenconfereerdenhebben geconfereerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Confereren with some of the pronouns.

  • Ik confereer regelmatig met mijn collega's over nieuwe lesmethoden.
  • Jij conferreert vaak met experts op jouw vakgebied.
  • Hij confereert momenteel met de directeur over het nieuwe curriculum.
  • Wij confereren elke maandagochtend over de voortgang van het project.
  • Zij confereren graag op internationale conferenties.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Confereren with some of the pronouns.

  • Vroeger confereerde ik vaak met mijn voormalige studiegenoten.
  • Jij confereerde regelmatig met je mentor tijdens je afstudeerproject.
  • Hij confereerde altijd met zijn team voordat hij belangrijke beslissingen nam.
  • Wij confereerden wekelijks met onze partners om de voortgang te bespreken.
  • Zij confereerden jarenlang op het jaarlijkse symposium.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Confereren with some of the pronouns.

  • Ik heb vorige week met mijn collega's geconfereerd over de resultaten.
  • Jij hebt al meerdere keren met prominente sprekers geconfereerd.
  • Hij heeft gisteren met de hoogleraar geconfereerd over zijn onderzoek.
  • Wij hebben onlangs met andere scholen geconfereerd over best practices.
  • Zij hebben in het verleden op verschillende conferenties geconfereerd.