eerbiedigen

Conjugations List of Eerbiedigen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikeerbiedigeerbiedigdeheb geƫerbiedigd
jij, je, ueerbiedigteerbiedigdehebt geƫerbiedigd
hij, zij, heteerbiedigteerbiedigdeheeft geƫerbiedigd
wijeerbiedigeneerbiedigdenhebben geƫerbiedigd
jullieeerbiedigeneerbiedigdenhebben geƫerbiedigd
zij, zeeerbiedigeneerbiedigdenhebben geƫerbiedigd

Presens

Example presens sentences for Eerbiedigen with some of the pronouns.

  • Ik eerbiedig de oudere generaties.
  • Jij eerbiedigt de regels van de school.
  • Hij/Zij eerbiedigt de religieuze tradities.
  • Wij eerbiedigen de natuur en het milieu.
  • Zij eerbiedigen de rechten van anderen.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Eerbiedigen with some of the pronouns.

  • Ik eerbiedigde de oudere generaties.
  • Jij eerbiedigde de regels van de school.
  • Hij/Zij eerbiedigde de religieuze tradities.
  • Wij eerbiedigden de natuur en het milieu.
  • Zij eerbiedigden de rechten van anderen.

Perfectum

Example perfectum sentences for Eerbiedigen with some of the pronouns.

  • Ik heb de ouderen geĆ«erbiedigd.
  • Jij hebt de regels van de school geĆ«erbiedigd.
  • Hij/Zij heeft de religieuze tradities geĆ«erbiedigd.
  • Wij hebben de natuur en het milieu geĆ«erbiedigd.
  • Zij hebben de rechten van anderen geĆ«erbiedigd.