hanteren

Conjugations List of Hanteren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikhanteerhanteerdeheb gehanteerd
jij, je, uhanteerthanteerdehebt gehanteerd
hij, zij, hethanteerthanteerdeheeft gehanteerd
wijhanterenhanteerdenhebben gehanteerd
julliehanterenhanteerdenhebben gehanteerd
zij, zehanterenhanteerdenhebben gehanteerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Hanteren with some of the pronouns.

  • Ik hanteer de nieuwe werkmethode in mijn team.
  • Jij hanteert de pen op een ongebruikelijke manier.
  • Hij hanteert zijn gereedschap met vakmanschap.
  • Zij hanteert de regels strikt bij het leiden van de vergadering.
  • Wij hanteren een open communicatiestijl binnen ons bedrijf.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Hanteren with some of the pronouns.

  • Ik hanteerde de oude werkmethode voordat we overstapten.
  • Jij hanteerde de pen alsof je een kunstenaar was.
  • Hij hanteerde zijn gereedschap zonder enige moeite.
  • Zij hanteerde de regels soepel tijdens de vorige vergadering.
  • Wij hanteerden een formeelere communicatiestijl in het verleden.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Hanteren with some of the pronouns.

  • Ik heb de nieuwe werkmethode gehanteerd in mijn team.
  • Jij hebt de pen op een ongebruikelijke manier gehanteerd.
  • Hij heeft zijn gereedschap met vakmanschap gehanteerd.
  • Zij heeft de regels strikt gehanteerd bij het leiden van de vergadering.
  • Wij hebben een open communicatiestijl gehanteerd binnen ons bedrijf.