herstarten
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | herstart | herstartte | heb herstart |
| jij, je, u | herstart | herstartte | hebt herstart |
| hij, zij, het | herstart | herstartte | heeft herstart |
| wij | herstarten | herstartten | hebben herstart |
| jullie | herstarten | herstartten | hebben herstart |
| zij, ze | herstarten | herstartten | hebben herstart |
PresensBeta
Example presens sentences for Herstarten with some of the pronouns.
- Ik herstart mijn computer elke ochtend.
- Jij herstart de machine na elke taak.
- Hij herstart het programma om fouten te verhelpen.
- Wij herstarten de vergadering om bijgewerkte informatie te delen.
- Zij herstarten de server regelmatig voor onderhoud.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Herstarten with some of the pronouns.
- Vroeger herstartte ik mijn computer niet zo vaak.
- Toen ik jong was, herstartte jij altijd de videospellen.
- Hij herstartte het programma telkens als er een fout optrad.
- Wij herstartten de vergadering regelmatig omdat de discussies te lang duurden.
- Zij herstartten de server elke nacht om prestatieverbeteringen te testen.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Herstarten with some of the pronouns.
- Ik heb mijn computer herstart nadat de updates waren geïnstalleerd.
- Jij hebt de machine herstart toen het vastliep.
- Hij heeft het programma herstart om de wijzigingen op te slaan.
- Wij hebben de vergadering herstart na een korte pauze.
- Zij hebben de server meerdere keren herstart tijdens het probleemoplossingsproces.