inrollen

Conjugations List of Inrollen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikrol inrolde inheb ingerold
jij, je, urolt inrolde inhebt ingerold
hij, zij, hetrolt inrolde inheeft ingerold
wijrollen inrolden inhebben ingerold
jullierollen inrolden inhebben ingerold
zij, zerollen inrolden inhebben ingerold

Presens

Example presens sentences for Inrollen with some of the pronouns.

  • Ik rol me in voor de cursus Nederlands.
  • Jij rolt je in bij de sportclub.
  • Hij rolt zich in voor de nieuwe baan.
  • Wij rollen ons in voor het evenement.
  • Zij rollen zich in om vrijwilligerswerk te doen.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Inrollen with some of the pronouns.

  • Ik rolde me in voor de cursus Nederlands.
  • Jij rolde je in bij de sportclub.
  • Hij rolde zich in voor de nieuwe baan.
  • Wij rolden ons in voor het evenement.
  • Zij rolden zich in om vrijwilligerswerk te doen.

Perfectum

Example perfectum sentences for Inrollen with some of the pronouns.

  • Ik heb me ingeschreven voor de cursus Nederlands.
  • Jij bent je ingeschreven bij de sportclub.
  • Hij heeft zich ingeschreven voor de nieuwe baan.
  • Wij hebben ons ingeschreven voor het evenement.
  • Zij hebben zich ingeschreven om vrijwilligerswerk te doen.