intellectualiseren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | intellectualiseer | intellectualiseerde | heb geïntellectualiseerd |
jij, je, u | intellectualiseert | intellectualiseerde | hebt geïntellectualiseerd |
hij, zij, het | intellectualiseert | intellectualiseerde | heeft geïntellectualiseerd |
wij | intellectualiseren | intellectualiseerden | hebben geïntellectualiseerd |
jullie | intellectualiseren | intellectualiseerden | hebben geïntellectualiseerd |
zij, ze | intellectualiseren | intellectualiseerden | hebben geïntellectualiseerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Intellectualiseren with some of the pronouns.
- Ik intellectualiseer de maatschappij en haar complexe problemen.
- Jij intellectualiseert graag over kunst en cultuur.
- Hij/Zij/Het intellectualiseert alles wat hij/zij leest.
- Wij intellectualiseren onze studieonderwerpen om ze diepgaand te begrijpen.
- Jullie intellectualiseren de discussie met filosofische argumenten.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Intellectualiseren with some of the pronouns.
- Vroeger intellectualiseerde ik elk aspect van mijn leven.
- Toen ik jonger was, intellectualiseerde jij elke discussie.
- Hij/Zij/Het intellectualiseerde vaak over politiek en economie.
- Wij intellectualiseerden de problemen tot in detail.
- Jullie intellectualiseerden de kunstwerken tijdens de tentoonstelling.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Intellectualiseren with some of the pronouns.
- Ik heb de concepten geïntellectualiseerd en toegepast in mijn project.
- Jij hebt de theorieën geïntellectualiseerd en er interessante inzichten uit gehaald.
- Hij/Zij/Het heeft het boek geïntellectualiseerd en er veel over gediscussieerd.
- Wij hebben de kwestie geïntellectualiseerd en mogelijke oplossingen bedacht.
- Jullie hebben de problemen geïntellectualiseerd en analytische benaderingen toegepast.