losschroeven

Conjugations List of Losschroeven.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikschroef losschroefde losheb losgeschroefd
jij, je, uschroeft losschroefde loshebt losgeschroefd
hij, zij, hetschroeft losschroefde losheeft losgeschroefd
wijschroeven losschroefden loshebben losgeschroefd
jullieschroeven losschroefden loshebben losgeschroefd
zij, zeschroeven losschroefden loshebben losgeschroefd

Presens
Beta

Example presens sentences for Losschroeven with some of the pronouns.

  • Ik schroef de lamp los.
  • Jij schroeft de stoel los.
  • Hij schroeft de plank los.
  • Zij schroeven de deur los.
  • Wij schroeven de kast los.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Losschroeven with some of the pronouns.

  • Ik schroefde de lamp los.
  • Jij schroefde de stoel los.
  • Hij schroefde de plank los.
  • Zij schroefden de deur los.
  • Wij schroefden de kast los.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Losschroeven with some of the pronouns.

  • Ik heb de lamp losgeschroefd.
  • Jij hebt de stoel losgeschroefd.
  • Hij heeft de plank losgeschroefd.
  • Zij hebben de deur losgeschroefd.
  • Wij hebben de kast losgeschroefd.