meebidden

Conjugations List of Meebidden.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikbid meebad meeheb meegebeden
jij, je, ubidt meebad meehebt meegebeden
hij, zij, hetbidt meebad meeheeft meegebeden
wijbidden meebaden meehebben meegebeden
julliebidden meebaden meehebben meegebeden
zij, zebidden meebaden meehebben meegebeden

Presens

Example presens sentences for Meebidden with some of the pronouns.

  • Ik bid mee in de kerk.
  • Jij bidt mee voor het avondeten.
  • Hij bidt mee tijdens de gebedsdienst.
  • Wij bidden mee met de gelovigen.
  • Zij bidden mee voor vrede.

Perfectum

Example perfectum sentences for Meebidden with some of the pronouns.

  • Ik heb meegebeden tijdens de retraite.
  • Jij hebt meegebeden voor genezing.