meedraaien

Conjugations List of Meedraaien.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikdraai meedraaide meeheb meegedraaid
jij, je, udraait meedraaide meehebt meegedraaid
hij, zij, hetdraait meedraaide meeheeft meegedraaid
wijdraaien meedraaiden meehebben meegedraaid
julliedraaien meedraaiden meehebben meegedraaid
zij, zedraaien meedraaiden meehebben meegedraaid

Presens
Beta

Example presens sentences for Meedraaien with some of the pronouns.

  • Ik draai elke dag mee in het projectteam.
  • Jij draait altijd mee met de groep tijdens de wandelingen.
  • Hij draait regelmatig mee in het vrijwilligerswerk.
  • Zij draaien mee in het theaterstuk dat binnenkort wordt opgevoerd.
  • Wij draaien vaak mee in de planning van evenementen.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Meedraaien with some of the pronouns.

  • Ik draaide vroeger altijd mee in het buurtcomité.
  • Jij draaide een paar maanden geleden mee in het sporttoernooi.
  • Hij draaide regelmatig mee in het productieteam van de fabriek.
  • Zij draaiden lange tijd mee in het bestuur van de vereniging.
  • Wij draaiden jarenlang mee in het lokale theatergezelschap.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Meedraaien with some of the pronouns.

  • Ik heb vorige week meegedraaid in een belangrijke vergadering.
  • Jij bent al eerder in dit bedrijf meegedraaid als stagiair.
  • Hij heeft gisteren meegedraaid in de repetitie van het koor.
  • Zij zijn enige tijd geleden meegedraaid in een onderzoeksteam.
  • Wij hebben vorig jaar meegedraaid in een succesvolle campagne.