omhoogslaan

Conjugations List of Omhoogslaan.
Presens
Imperfectum
Perfectum
iksla omhoogsloeg omhoogheb omhooggeslagen
jij, je, uslaat omhoogsloeg omhooghebt omhooggeslagen
hij, zij, hetslaat omhoogsloeg omhoogheeft omhooggeslagen
wijslaan omhoogsloegen omhooghebben omhooggeslagen
jullieslaan omhoogsloegen omhooghebben omhooggeslagen
zij, zeslaan omhoogsloegen omhooghebben omhooggeslagen

Presens
Beta

Example presens sentences for Omhoogslaan with some of the pronouns.

  • Ik sla de bal omhoog.
  • Jij slaat de bal omhoog.
  • Hij/Zij slaat de bal omhoog.
  • Wij slaan de bal omhoog.
  • Jullie slaan de bal omhoog.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Omhoogslaan with some of the pronouns.

  • Ik sloeg de bal omhoog.
  • Jij sloeg de bal omhoog.
  • Hij/Zij sloeg de bal omhoog.
  • Wij sloegen de bal omhoog.
  • Jullie sloegen de bal omhoog.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Omhoogslaan with some of the pronouns.

  • Ik heb de bal omhooggeslagen.
  • Jij hebt de bal omhooggeslagen.
  • Hij/Zij heeft de bal omhooggeslagen.
  • Wij hebben de bal omhooggeslagen.
  • Jullie hebben de bal omhooggeslagen.