omwroeten

Conjugations List of Omwroeten.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikwroet omwroette omheb omgewroet
jij, je, uwroet omwroette omhebt omgewroet
hij, zij, hetwroet omwroette omheeft omgewroet
wijwroeten omwroetten omhebben omgewroet
julliewroeten omwroetten omhebben omgewroet
zij, zewroeten omwroetten omhebben omgewroet

Presens
Beta

Example presens sentences for Omwroeten with some of the pronouns.

  • Ik wroet om in de tuin.
  • Jij wroet om in de aarde.
  • Hij/Zij wroet om in de bloempot.
  • Wij wroeten om in de grond.
  • Zij wroeten om in de tuinkas.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Omwroeten with some of the pronouns.

  • Ik wroette om in de tuin.
  • Jij wroette om in de aarde.
  • Hij/Zij wroette om in de bloempot.
  • Wij wroetten om in de grond.
  • Zij wroetten om in de tuinkas.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Omwroeten with some of the pronouns.

  • Ik heb omgewroet in de tuin.
  • Jij hebt omgewroet in de aarde.
  • Hij/Zij heeft omgewroet in de bloempot.
  • Wij hebben omgewroet in de grond.
  • Zij hebben omgewroet in de tuinkas.