onderdoen

Conjugations List of Onderdoen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikdoe onderdeed onderheb ondergedaan
jij, je, udoet onderdeed onderhebt ondergedaan
hij, zij, hetdoet onderdeed onderheeft ondergedaan
wijdoen onderdeden onderhebben ondergedaan
julliedoen onderdeden onderhebben ondergedaan
zij, zedoen onderdeden onderhebben ondergedaan

Presens

Example presens sentences for Onderdoen with some of the pronouns.

  • Ik onderdoe mijn collega in kennis van technologie.
  • Jij onderdoet je vrienden in sportieve prestaties.
  • Hij onderdoet zijn concurrenten op het gebied van prijsstelling.
  • Zij onderdoen de andere teams in het klassement.
  • Wij onderdoen onze buren in tuinonderhoud.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Onderdoen with some of the pronouns.

  • Vroeger onderdeed ik mijn zus altijd in populariteit.
  • Toen ik jonger was, onderdeed ik anderen in zelfvertrouwen.
  • Hij onderdeed vroeger zijn vrienden met zijn dansvaardigheden.
  • Zij onderdeden voortdurend de rest van het team in inzet.
  • We onderdeden als kinderen vaak onze ouders bij bordspellen.

Perfectum

Example perfectum sentences for Onderdoen with some of the pronouns.

  • Ik heb mijn concurrentie ondergedaan tijdens de wedstrijd.
  • Jij hebt je broer ondergedaan met schaken.
  • Hij heeft zijn tegenstanders ondergedaan in het debat.
  • Zij hebben de marktleider ondergedaan met hun nieuwe product.
  • Wij hebben onze verwachtingen ondergedaan met onze resultaten.