ontdekken
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | ontdek | ontdekte | heb ontdekt |
jij, je, u | ontdekt | ontdekte | hebt ontdekt |
hij, zij, het | ontdekt | ontdekte | heeft ontdekt |
wij | ontdekken | ontdekten | hebben ontdekt |
jullie | ontdekken | ontdekten | hebben ontdekt |
zij, ze | ontdekken | ontdekten | hebben ontdekt |
PresensBeta
Example presens sentences for Ontdekken with some of the pronouns.
- Ik ontdek nieuwe interesses.
- Jij ontdekt mooie plekken tijdens je reizen.
- Hij ontdekt een verborgen schat in de tuin.
- Wij ontdekken de waarheid achter het mysterie.
- Zij ontdekken nieuwe technologieën.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Ontdekken with some of the pronouns.
- Vroeger ontdekte ik vaak nieuwe muziek.
- Toen we jong waren, ontdekten we altijd iets nieuws tijdens onze avonturen.
- Hij ontdekte de fout in zijn berekeningen te laat.
- Wij ontdekten een verborgen boodschap in de oude brief.
- Zij ontdekten de verborgen schat na jarenlang zoeken.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Ontdekken with some of the pronouns.
- Ik heb nieuwe informatie ontdekt.
- Jij hebt al veel ervaring opgedaan sinds je begon met ontdekken.
- Hij heeft de geheime passage ontdekt.
- Wij hebben de betekenis van dat oude document ontdekt.
- Zij hebben de oorsprong van de traditie ontdekt.