overschakelen

Conjugations List of Overschakelen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikschakel overschakelde overheb overgeschakeld
jij, je, uschakelt overschakelde overhebt overgeschakeld
hij, zij, hetschakelt overschakelde overheeft overgeschakeld
wijschakelen overschakelden overhebben overgeschakeld
jullieschakelen overschakelden overhebben overgeschakeld
zij, zeschakelen overschakelden overhebben overgeschakeld

Presens
Beta

Example presens sentences for Overschakelen with some of the pronouns.

  • Ik schakel over naar een nieuwe baan.
  • Jij schakelt over op een gezondere levensstijl.
  • Hij/zij schakelt over naar een ander televisiekanaal.
  • Wij schakelen over naar duurzame energiebronnen.
  • Zij schakelen over naar elektrische auto's.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Overschakelen with some of the pronouns.

  • Vroeger schakelde ik altijd over naar een andere zender.
  • Toen jij jonger was, schakelde je vaak tussen verschillende interesses.
  • Hij/zij schakelde regelmatig over naar een andere methode.
  • In het verleden schakelden wij over naar traditionele methoden.
  • Vroeger schakelden zij nooit over naar een andere aanbieder.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Overschakelen with some of the pronouns.

  • Ik ben overgeschakeld naar een andere provider.
  • Jij hebt overgeschakeld van baan.
  • Hij/zij is overgeschakeld op een vegetarisch dieet.
  • Wij zijn overgeschakeld naar een ander systeem.
  • Zij hebben overgeschakeld naar een nieuwe technologie.