prijzen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | prijs | prees | heb geprezen |
jij, je, u | prijst | prees | hebt geprezen |
hij, zij, het | prijst | prees | heeft geprezen |
wij | prijzen | prezen | hebben geprezen |
jullie | prijzen | prezen | hebben geprezen |
zij, ze | prijzen | prezen | hebben geprezen |
PresensBeta
Example presens sentences for Prijzen with some of the pronouns.
- Ik prijs de kwaliteit van dit product.
- Jij prijst het nieuwe restaurant in de stad.
- Hij prijst haar prestaties tijdens de wedstrijd.
- Wij prijzen de inzet van onze medewerkers.
- Zij prijzen de schoonheid van de natuur.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Prijzen with some of the pronouns.
- Vroeger prees ik altijd zijn vriendelijkheid.
- Toen we jong waren, prezen we vaak zijn talent.
- Hij prees haar eerlijkheid in zijn toespraak.
- We prijzen al jarenlang de duurzaamheidsinitiatieven van het bedrijf.
- Zij prezen de sfeer op het evenement van vorig jaar.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Prijzen with some of the pronouns.
- Ik heb de winnaar van de wedstrijd geprezen.
- Jij hebt zijn hulpvaardigheid altijd geprezen.
- Hij heeft haar moedige beslissing geprezen.
- Wij hebben de beste acteur van het jaar geprezen.
- Zij hebben de innovatieve aanpak van het bedrijf geprezen.