snepen

Conjugations List of Snepen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
iksneepsneepteheb gesneept
jij, je, usneeptsneeptehebt gesneept
hij, zij, hetsneeptsneepteheeft gesneept
wijsnepensneeptenhebben gesneept
julliesnepensneeptenhebben gesneept
zij, zesnepensneeptenhebben gesneept

Presens

Example presens sentences for Snepen with some of the pronouns.

  • Ik snep
  • Jij snijpt
  • Hij/Zij/Het snept
  • Wij/jullie/zij snijpen
  • De kat snijpt

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Snepen with some of the pronouns.

  • Ik snepte
  • Jij snepte
  • Hij/Zij/Het snepte
  • Wij/jullie/zij snepten
  • De kat snepte

Perfectum

Example perfectum sentences for Snepen with some of the pronouns.

  • Ik heb gesnept
  • Jij hebt gesnept
  • Hij/Zij/Het heeft gesnept
  • Wij/jullie/zij hebben gesnept
  • De kat heeft gesnept