steriliseren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | steriliseer | steriliseerde | heb gesteriliseerd |
jij, je, u | steriliseert | steriliseerde | hebt gesteriliseerd |
hij, zij, het | steriliseert | steriliseerde | heeft gesteriliseerd |
wij | steriliseren | steriliseerden | hebben gesteriliseerd |
jullie | steriliseren | steriliseerden | hebben gesteriliseerd |
zij, ze | steriliseren | steriliseerden | hebben gesteriliseerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Steriliseren with some of the pronouns.
- Ik steriliseer het medische instrument.
- De dokter steriliseert de operatiekamer voor elke ingreep.
- Wij steriliseren de flessen voordat we ze vullen.
- Jullie steriliseren de spuiten grondig.
- De dierenarts steriliseert katten en honden om ongewenste zwangerschappen te voorkomen.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Steriliseren with some of the pronouns.
- Vroeger steriliseerde ik altijd het medische instrument.
- De dokter steriliseerde vroeger de operatiekamer voor elke ingreep.
- Wij steriliseerden vroeger de flessen voordat we ze vulden.
- Jullie steriliseerden vroeger de spuiten grondig.
- De dierenarts steriliseerde vroeger katten en honden om ongewenste zwangerschappen te voorkomen.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Steriliseren with some of the pronouns.
- Ik heb het medische instrument gesteriliseerd.
- De dokter heeft de operatiekamer voor elke ingreep gesteriliseerd.
- Wij hebben de flessen gesteriliseerd voordat we ze vulden.
- Jullie hebben de spuiten grondig gesteriliseerd.
- De dierenarts heeft katten en honden gesteriliseerd om ongewenste zwangerschappen te voorkomen.