toereiken

Conjugations List of Toereiken.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikreik toereikte toeheb toegereikt
jij, je, ureikt toereikte toehebt toegereikt
hij, zij, hetreikt toereikte toeheeft toegereikt
wijreiken toereikten toehebben toegereikt
julliereiken toereikten toehebben toegereikt
zij, zereiken toereikten toehebben toegereikt

Presens
Beta

Example presens sentences for Toereiken with some of the pronouns.

  • Ik reik een boek aan.
  • Jij reikt de sleutels aan.
  • Hij/Zij/Ze reikt de pen aan.
  • Wij reiken de prijs uit.
  • Jullie reiken de hand naar elkaar uit.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Toereiken with some of the pronouns.

  • Ik reikte een boek aan.
  • Jij reikte de sleutels aan.
  • Hij/Zij/Ze reikte de pen aan.
  • Wij reikten de prijs uit.
  • Jullie reikten de hand naar elkaar uit.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Toereiken with some of the pronouns.

  • Ik heb een boek aangereikt.
  • Jij hebt de sleutels aangereikt.
  • Hij/Zij/Ze heeft de pen aangereikt.
  • Wij hebben de prijs uitgereikt.
  • Jullie hebben de hand naar elkaar uitgereikt.