verbijsteren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | verbijster | verbijsterde | heb verbijsterd |
jij, je, u | verbijstert | verbijsterde | hebt verbijsterd |
hij, zij, het | verbijstert | verbijsterde | heeft verbijsterd |
wij | verbijsteren | verbijsterden | hebben verbijsterd |
jullie | verbijsteren | verbijsterden | hebben verbijsterd |
zij, ze | verbijsteren | verbijsterden | hebben verbijsterd |
PresensBeta
Example presens sentences for Verbijsteren with some of the pronouns.
- Ik verbijster
- Jij verbijstert
- Hij verbijstert zich
- Wij verbijsteren
- Zij verbijsteren de mensen
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Verbijsteren with some of the pronouns.
- Ik verbijsterde
- Jij verbijsterde
- Hij verbijsterde zich
- Wij verbijsterden
- Zij verbijsterden de mensen
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Verbijsteren with some of the pronouns.
- Ik heb verbijsterd
- Jij hebt verbijsterd
- Hij heeft zich verbijsterd
- Wij hebben verbijsterd
- Zij hebben de mensen verbijsterd