verlijeren

Conjugations List of Verlijeren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikverlijerverlijerdeben verlijerd
jij, je, uverlijertverlijerdebent verlijerd
hij, zij, hetverlijertverlijerdeis verlijerd
wijverlijerenverlijerdenzijn verlijerd
jullieverlijerenverlijerdenzijn verlijerd
zij, zeverlijerenverlijerdenzijn verlijerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Verlijeren with some of the pronouns.

  • Ik verlies altijd mijn sleutels.
  • Jij verliest nooit je geduld.
  • Hij verliest zijn zelfvertrouwen snel.
  • Wij verliezen de wedstrijd.
  • Zij verliezen hun bagage op het vliegveld.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Verlijeren with some of the pronouns.

  • Ik verloor altijd mijn sleutels.
  • Jij verloor nooit je geduld.
  • Hij verloor snel zijn zelfvertrouwen.
  • Wij verloren de wedstrijd.
  • Zij verloren hun bagage op het vliegveld.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Verlijeren with some of the pronouns.

  • Ik heb mijn sleutels verloren.
  • Jij hebt je geduld nooit verloren.
  • Hij heeft snel zijn zelfvertrouwen verloren.
  • Wij hebben de wedstrijd verloren.
  • Zij hebben hun bagage op het vliegveld verloren.