vermoffelen

Conjugations List of Vermoffelen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikvermoffelvermoffeldeheb vermoffeld
jij, je, uvermoffeltvermoffeldehebt vermoffeld
hij, zij, hetvermoffeltvermoffeldeheeft vermoffeld
wijvermoffelenvermoffeldenhebben vermoffeld
jullievermoffelenvermoffeldenhebben vermoffeld
zij, zevermoffelenvermoffeldenhebben vermoffeld

Presens
Beta

Example presens sentences for Vermoffelen with some of the pronouns.

  • Ik vermoffel de sleutels altijd als ik haast heb.
  • Jij vermoffelt je huiswerk regelmatig.
  • Hij vermoffelt zijn beloften keer op keer.
  • Wij vermoffelen nooit onze verantwoordelijkheden.
  • Zij vermoffelen de waarheid om problemen te vermijden.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Vermoffelen with some of the pronouns.

  • Ik vermoffelde de sleutels altijd als ik haast had.
  • Jij vermoffelde je huiswerk regelmatig.
  • Hij vermoffelde zijn beloften keer op keer.
  • Wij vermoffelden nooit onze verantwoordelijkheden.
  • Zij vermoffelden de waarheid om problemen te vermijden.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Vermoffelen with some of the pronouns.

  • Ik heb de sleutels vermoffeld toen ik haast had.
  • Jij hebt je huiswerk regelmatig vermoffeld.
  • Hij heeft zijn beloften keer op keer vermoffeld.
  • Wij hebben nooit onze verantwoordelijkheden vermoffeld.
  • Zij hebben de waarheid vermoffeld om problemen te vermijden.