voorbestemmen

Conjugations List of Voorbestemmen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikbestem voorbestemde voorheb voorbestemd
jij, je, ubestemt voorbestemde voorhebt voorbestemd
hij, zij, hetbestemt voorbestemde voorheeft voorbestemd
wijbestemmen voorbestemden voorhebben voorbestemd
julliebestemmen voorbestemden voorhebben voorbestemd
zij, zebestemmen voorbestemden voorhebben voorbestemd

Presens
Beta

Example presens sentences for Voorbestemmen with some of the pronouns.

  • Ik bestem voor dat boek toe aan de winnaar.
  • Jij bestemt voor deze taak een speciale beloning toe.
  • Hij/zij bestemt elk jaar een bedrag voor goede doelen.
  • Wij bestemmen dit gebied voor natuurbescherming.
  • Jullie bestemmen deze ruimte voor vergaderingen.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Voorbestemmen with some of the pronouns.

  • Ik bestemde dat boek toe aan de winnaar.
  • Jij bestemde een speciale beloning toe aan deze taak.
  • Hij/zij bestemde elk jaar een bedrag voor goede doelen toe.
  • Wij bestemden dit gebied voor natuurbescherming toe.
  • Jullie bestemden deze ruimte voor vergaderingen toe.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Voorbestemmen with some of the pronouns.

  • Ik heb dat boek aan de winnaar toegewezen.
  • Jij hebt een speciale beloning aan deze taak toegedicht.
  • Hij/zij heeft elk jaar een bedrag aan goede doelen toegemeten.
  • Wij hebben dit gebied voor natuurbescherming toegewezen.
  • Jullie hebben deze ruimte voor vergaderingen toegewezen.