voortekenen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | teken voor | tekende voor | heb voorgetekend |
jij, je, u | tekent voor | tekende voor | hebt voorgetekend |
hij, zij, het | tekent voor | tekende voor | heeft voorgetekend |
wij | tekenen voor | tekenden voor | hebben voorgetekend |
jullie | tekenen voor | tekenden voor | hebben voorgetekend |
zij, ze | tekenen voor | tekenden voor | hebben voorgetekend |
PresensBeta
Example presens sentences for Voortekenen with some of the pronouns.
- Ik voorteken de toekomst van het bedrijf.
- Jij voortekent de mogelijke uitkomsten.
- Hij/Zij voortekent de gevolgen van zijn acties.
- Wij voortekenen een positieve ontwikkeling.
- Jullie voortekenen de veranderingen in de markt.
- Zij voortekenen de problemen die kunnen ontstaan.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Voortekenen with some of the pronouns.
- Ik voortekende de toekomst van het bedrijf.
- Jij voortekende de mogelijke uitkomsten.
- Hij/Zij voortekende de gevolgen van zijn acties.
- Wij voortekenden een positieve ontwikkeling.
- Jullie voortekenden de veranderingen in de markt.
- Zij voortekenden de problemen die konden ontstaan.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Voortekenen with some of the pronouns.
- Ik heb de toekomst van het bedrijf voortekend.
- Jij hebt de mogelijke uitkomsten voortekend.
- Hij/Zij heeft de gevolgen van zijn acties voortekend.
- Wij hebben een positieve ontwikkeling voortekend.
- Jullie hebben de veranderingen in de markt voortekend.
- Zij hebben de problemen die kunnen ontstaan voortekend.