wegloodsen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | loods weg | loodste weg | heb weggeloodst |
jij, je, u | loodst weg | loodste weg | hebt weggeloodst |
hij, zij, het | loodst weg | loodste weg | heeft weggeloodst |
wij | loodsen weg | loodsten weg | hebben weggeloodst |
jullie | loodsen weg | loodsten weg | hebben weggeloodst |
zij, ze | loodsen weg | loodsten weg | hebben weggeloodst |
PresensBeta
Example presens sentences for Wegloodsen with some of the pronouns.
- Ik loop de student weg door het moeilijke onderwerp te loodsen.
- Jij loodst ons door de drukke stad heen.
- Hij/zij/ze loodst de kinderen veilig naar school.
- Wij loodsen de bezoekers door het museum tijdens de rondleiding.
- Jullie loodsen de boot behendig door de smalle grachten.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Wegloodsen with some of the pronouns.
- Toen ik jong was, loodste mijn vader me altijd door het bos.
- Vroeger loodsten ze de schepen met de hand door de smalle kanalen.
- Als kind loodste ik mijn vriendjes door het doolhof.
- In die tijd werden reizigers vaak door lokale gidsen geloodst.
- Tijdens de oorlog werden mensen via geheime routes geloodst.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Wegloodsen with some of the pronouns.
- Ik heb de toeristen weggeloodst van de drukke plekken.
- Jij hebt ons succesvol door de uitdagende opdracht geloodst.
- Hij/zij/ze heeft de auto feilloos door het verkeer geloodst.
- Wij hebben de klanten naar de juiste afdeling geloodst.
- Jullie hebben de gasten naar hun zitplaatsen geloodst.