wegzuiveren

Conjugations List of Wegzuiveren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikzuiver wegzuiverde wegheb weggezuiverd
jij, je, uzuivert wegzuiverde weghebt weggezuiverd
hij, zij, hetzuivert wegzuiverde wegheeft weggezuiverd
wijzuiveren wegzuiverden weghebben weggezuiverd
julliezuiveren wegzuiverden weghebben weggezuiverd
zij, zezuiveren wegzuiverden weghebben weggezuiverd

Presens
Beta

Example presens sentences for Wegzuiveren with some of the pronouns.

  • Ik zuiver de weg.
  • Jij zuivert de weg.
  • Hij/Zij zuivert de weg.
  • Wij zuiveren de weg.
  • Jullie zuiveren de weg.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Wegzuiveren with some of the pronouns.

  • Ik zuiverde de weg.
  • Jij zuiverde de weg.
  • Hij/Zij zuiverde de weg.
  • Wij zuiverden de weg.
  • Jullie zuiverden de weg.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Wegzuiveren with some of the pronouns.

  • Ik heb de weg weggezuiverd.
  • Jij hebt de weg weggezuiverd.
  • Hij/Zij heeft de weg weggezuiverd.
  • Wij hebben de weg weggezuiverd.
  • Jullie hebben de weg weggezuiverd.