werven

Conjugations List of Werven.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikwerfwierfheb geworven
jij, je, uwerftwierfhebt geworven
hij, zij, hetwerftwierfheeft geworven
wijwervenwiervenhebben geworven
julliewervenwiervenhebben geworven
zij, zewervenwiervenhebben geworven

Presens
Beta

Example presens sentences for Werven with some of the pronouns.

  • Ik werf nieuwe medewerkers voor ons bedrijf.
  • Jij werft vrijwilligers voor het evenement.
  • Hij werft donateurs voor het goede doel.
  • Wij werven studenten voor de opleiding.
  • Zij werfen klanten voor onze diensten.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Werven with some of the pronouns.

  • Ik werfde nieuwe medewerkers voor ons bedrijf.
  • Jij werfde vrijwilligers voor het evenement.
  • Hij werfde donateurs voor het goede doel.
  • Wij werfden studenten voor de opleiding.
  • Zij werfden klanten voor onze diensten.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Werven with some of the pronouns.

  • Ik heb nieuwe medewerkers geworven voor ons bedrijf.
  • Jij hebt vrijwilligers geworven voor het evenement.
  • Hij heeft donateurs geworven voor het goede doel.
  • Wij hebben studenten geworven voor de opleiding.
  • Zij hebben klanten geworven voor onze diensten.