wijden

Conjugations List of Wijden.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikwijdwijddeheb gewijd
jij, je, uwijdtwijddehebt gewijd
hij, zij, hetwijdtwijddeheeft gewijd
wijwijdenwijddenhebben gewijd
julliewijdenwijddenhebben gewijd
zij, zewijdenwijddenhebben gewijd

Presens
Beta

Example presens sentences for Wijden with some of the pronouns.

  • We wijden een hele dag aan het verkennen van de stad.
  • Zij wijden veel tijd aan hun studie.
  • De docent wijdt zijn leven aan het onderwijzen van kinderen.
  • Wij wijden ons aan het beschermen van het milieu.
  • Ik wijdt mijn vrije tijd aan het lezen van boeken.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Wijden with some of the pronouns.

  • Vroeger wijdde ik veel tijd aan sporten.
  • Toen ik jong was, wijdde ik mijn weekends aan het bezoeken van musea.
  • Hij wijdde al zijn inspanningen aan het vinden van een oplossing.
  • In die periode wijdde zij haar energie aan het bouwen van een eigen bedrijf.
  • Wij wijdde vorige zomer onze vakantie aan het ontdekken van nieuwe culturen.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Wijden with some of the pronouns.

  • We hebben een hele dag gewijd aan het verkennen van de stad.
  • Zij hebben veel tijd gewijd aan hun studie.
  • De docent heeft zijn leven gewijd aan het onderwijzen van kinderen.
  • Wij hebben ons gewijd aan het beschermen van het milieu.
  • Ik heb mijn vrije tijd gewijd aan het lezen van boeken.