aanbieden
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | bied aan | bood aan | heb aangeboden |
| jij, je, u | biedt aan | bood aan | hebt aangeboden |
| hij, zij, het | biedt aan | bood aan | heeft aangeboden |
| wij | bieden aan | boden aan | hebben aangeboden |
| jullie | bieden aan | boden aan | hebben aangeboden |
| zij, ze | bieden aan | boden aan | hebben aangeboden |
PresensBeta
Example presens sentences for Aanbieden with some of the pronouns.
- Ik bied een breed scala aan producten aan in mijn winkel.
- Jij biedt hulp aan je buurman aan.
- Hij biedt zijn excuses aan voor zijn gedrag.
- Zij biedt haar diensten als fotograaf aan.
- Wij bieden een speciale korting aan tijdens het weekend.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Aanbieden with some of the pronouns.
- Vroeger bood ik mijn diensten gratis aan.
- Toen ik jong was, bood ik altijd hulp aan mijn ouders aan.
- Hij bood zijn excuses aan na het maken van een fout.
- Zij bood aan om te helpen bij het organiseren van het evenement.
- Wij boden onze klanten regelmatig nieuwe producten aan.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Aanbieden with some of the pronouns.
- Ik heb gisteren een cadeau aangeboden aan mijn vriendin.
- Jij hebt je hulp al eerder aangeboden.
- Hij heeft zijn hulpvaardigheid altijd aangeboden aan anderen.
- Zij heeft haar expertise ter beschikking gesteld en hulp aangeboden.
- Wij hebben vorige week een cursus aangeboden aan geïnteresseerde studenten.