aanwakkeren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | wakker aan | wakkerde aan | heb aangewakkerd |
jij, je, u | wakkert aan | wakkerde aan | hebt aangewakkerd |
hij, zij, het | wakkert aan | wakkerde aan | heeft aangewakkerd |
wij | wakkeren aan | wakkerden aan | hebben aangewakkerd |
jullie | wakkeren aan | wakkerden aan | hebben aangewakkerd |
zij, ze | wakkeren aan | wakkerden aan | hebben aangewakkerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Aanwakkeren with some of the pronouns.
- De krantenartikelen wakkeren de discussie over klimaatverandering aan.
- Hij wakkert zijn enthousiasme voor muziek voortdurend aan door nieuwe nummers te ontdekken.
- Wij moedigen elkaar aan om onze doelen na te streven en ons beste zelf te zijn.
- De speech van de politicus wakkert de hoop op verandering aan bij de kiezers.
- De geur van versgebakken brood wakkert mijn eetlust altijd aan.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Aanwakkeren with some of the pronouns.
- Vroeger wakkerden mensen vuur aan met behulp van hout en steen.
- Toen ik jonger was, wakkerde ik mijn creativiteit aan door schilderlessen te volgen.
- Als kind werden mijn angsten vaak aangewakkerd door enge films.
- Tijdens de economische crisis werd de onzekerheid onder de bevolking sterk aangewakkerd.
- Vroeger werden reisverhalen verteld die de interesse in andere culturen aanwakkerden.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Aanwakkeren with some of the pronouns.
- De marketingcampagne heeft de interesse in het product aangewakkerd.
- Ik heb zijn nieuwsgierigheid naar wetenschap aangewakkerd door hem spannende experimenten te laten zien.
- Zij hebben hun passie voor dansen aangewakkerd tijdens een optreden dat ze hebben bijgewoond.
- Het nieuwsbericht heeft de bezorgdheid onder de bevolking aangewakkerd.
- Mijn reis naar het buitenland heeft mijn verlangen naar avontuur alleen maar aangewakkerd.