decompileren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | decompileer | decompileerde | heb gedecompileerd |
jij, je, u | decompileert | decompileerde | hebt gedecompileerd |
hij, zij, het | decompileert | decompileerde | heeft gedecompileerd |
wij | decompileren | decompileerden | hebben gedecompileerd |
jullie | decompileren | decompileerden | hebben gedecompileerd |
zij, ze | decompileren | decompileerden | hebben gedecompileerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Decompileren with some of the pronouns.
- Ik decompileer software om de broncode te achterhalen.
- Jij decompileert de executable van het programma.
- Hij/Zij decompileert regelmatig bestanden voor analyse.
- Wij decompileren de software om fouten op te sporen.
- Jullie decompileren de applicatie om te begrijpen hoe deze werkt.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Decompileren with some of the pronouns.
- Vroeger decompileerde ik software om te leren programmeren.
- Als kind decompileerde jij graag programma's uit nieuwsgierigheid.
- Hij/Zij decompileerde regelmatig bestanden voor zijn/haar onderzoek.
- Wij decompileerden de software om bugs op te sporen.
- Jullie decompileerden samen de applicatie voor een schoolproject.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Decompileren with some of the pronouns.
- Ik heb de gecompileerde code gedecompileerd om wijzigingen aan te brengen.
- Jij hebt de software gedecompileerd om de algoritmen te onderzoeken.
- Hij/Zij heeft de executable met succes gedecompileerd.
- Wij hebben de bronbestanden gedecompileerd om verborgen functies te vinden.
- Jullie hebben de decompilatie van de applicatie voltooid.