doorzoeken
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | doorzoek | doorzocht | heb doorzocht |
jij, je, u | doorzoekt | doorzocht | hebt doorzocht |
hij, zij, het | doorzoekt | doorzocht | heeft doorzocht |
wij | doerzoeken | doorzochten | hebben doorzocht |
jullie | doerzoeken | doorzochten | hebben doorzocht |
zij, ze | doerzoeken | doorzochten | hebben doorzocht |
PresensBeta
Example presens sentences for Doorzoeken with some of the pronouns.
- Ik doorzoek de kamer naar mijn sleutels.
- Jij doorzoekt de website voor informatie.
- Hij doorzoekt zijn tas op zoek naar zijn telefoon.
- Zij doorzoeken het archief op oude documenten.
- We doorzoeken het bos naar sporen van wilde dieren.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Doorzoeken with some of the pronouns.
- Ik doorzocht de kamer naar mijn sleutels.
- Jij doorzocht de website voor informatie.
- Hij doorzocht zijn tas op zoek naar zijn telefoon.
- Zij doorzochten het archief op oude documenten.
- We doorzochten het bos naar sporen van wilde dieren.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Doorzoeken with some of the pronouns.
- Ik heb de kamer doorzocht naar mijn sleutels.
- Jij hebt de website doorzocht voor informatie.
- Hij heeft zijn tas doorzocht op zoek naar zijn telefoon.
- Zij hebben het archief doorzocht op oude documenten.
- We hebben het bos doorzocht naar sporen van wilde dieren.