inschrijven
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | schrijf in | schreef in | heb ingeschreven |
jij, je, u | schrijft in | schreef in | hebt ingeschreven |
hij, zij, het | schrijft in | schreef in | heeft ingeschreven |
wij | schrijven in | schreven in | hebben ingeschreven |
jullie | schrijven in | schreven in | hebben ingeschreven |
zij, ze | schrijven in | schreven in | hebben ingeschreven |
PresensBeta
Example presens sentences for Inschrijven with some of the pronouns.
- Ik schrijf me in voor de cursus.
- Jij schrijft je in bij de sportschool.
- Hij schrijft zich in voor het evenement.
- Zij schrijven zich in als vrijwilligers.
- Wij schrijven ons in voor de nieuwsbrief.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Inschrijven with some of the pronouns.
- Ik schreef me in voor de cursus.
- Jij schreef je in bij de sportschool.
- Hij schreef zich in voor het evenement.
- Zij schreven zich in als vrijwilligers.
- Wij schreven ons in voor de nieuwsbrief.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Inschrijven with some of the pronouns.
- Ik heb me ingeschreven voor de cursus.
- Jij hebt je ingeschreven bij de sportschool.
- Hij heeft zich ingeschreven voor het evenement.
- Zij hebben zich ingeschreven als vrijwilligers.
- Wij hebben ons ingeschreven voor de nieuwsbrief.