kosten

Conjugations List of Kosten.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikkostkostteheb gekost
jij, je, ukostkosttehebt gekost
hij, zij, hetkostkostteheeft gekost
wijkostenkosttenhebben gekost
julliekostenkosttenhebben gekost
zij, zekostenkosttenhebben gekost

Presens
Beta

Example presens sentences for Kosten with some of the pronouns.

  • Ik kost veel tijd aan mijn werk.
  • Jij kost altijd veel geld als we uit eten gaan.
  • Hij kost te veel energie om te repareren.
  • Zij kosten meestal minder dan de originele versies.
  • Wij kosten het bedrijf veel geld met onze vertragingen.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Kosten with some of the pronouns.

  • Vroeger kostte ik veel tijd aan onbelangrijke dingen.
  • Toen kostte het je nooit zoveel moeite.
  • Het kostte hem altijd veel geld om zijn auto te laten repareren.
  • Vroeger kostten ze meestal meer dan nu.
  • In die tijd kostten onze fouten het bedrijf veel geld.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Kosten with some of the pronouns.

  • Ik heb veel tijd gekost aan dit project.
  • Jij hebt al genoeg geld gekost deze maand.
  • Hij heeft zichzelf te veel energie gekost door te overwerken.
  • Zij hebben meestal minder gekost dan verwacht.
  • Wij hebben het bedrijf veel geld gekost met onze fouten.