leasen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | lease | leasede | heb geleased |
jij, je, u | leaset | leasede | hebt geleased |
hij, zij, het | leaset | leasede | heeft geleased |
wij | leasen | leaseden | hebben geleased |
jullie | leasen | leaseden | hebben geleased |
zij, ze | leasen | leaseden | hebben geleased |
PresensBeta
Example presens sentences for Leasen with some of the pronouns.
- Ik lease een nieuwe auto.
- Jij least een huis in de stad.
- Hij/zij least een laptop voor zijn werk.
- Wij leasen apparatuur voor ons bedrijf.
- Zij leasen een elektrische fiets voor milieuvriendelijk vervoer.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Leasen with some of the pronouns.
- Vroeger leasde ik altijd auto's.
- Toen jij nog in Nederland woonde, leasete je vaak huizen.
- Hij/zij leasete eerst een laptop voordat hij/zij er een kocht.
- Wij leaseten vroeger veel apparatuur voor ons bedrijf.
- Zij leaseten regelmatig elektrische fietsen voor milieuvriendelijk vervoer.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Leasen with some of the pronouns.
- Ik heb een nieuwe auto geleast.
- Jij hebt een huis in de stad geleaset.
- Hij/zij heeft een laptop voor zijn werk geleaset.
- Wij hebben apparatuur voor ons bedrijf geleaset.
- Zij hebben een elektrische fiets voor milieuvriendelijk vervoer geleaset.