opvragen

Conjugations List of Opvragen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikvraag opvraagde op;vroeg opheb opgevraagd
jij, je, uvraagt opvraagde op;vroeg ophebt opgevraagd
hij, zij, hetvraagt opvraagde op;vroeg opheeft opgevraagd
wijvragen opvraagden op;vroegen ophebben opgevraagd
jullievragen opvraagden op;vroegen ophebben opgevraagd
zij, zevragen opvraagden op;vroegen ophebben opgevraagd

Presens
Beta

Example presens sentences for Opvragen with some of the pronouns.

  • Ik vraag de gegevens op.
  • Jij vraagt de informatie op.
  • Hij/Zij vraagt de documenten op.
  • Wij vragen de resultaten op.
  • Jullie vragen de verslagen op.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Opvragen with some of the pronouns.

  • Ik vroeg de gegevens op.
  • Jij vroeg de informatie op.
  • Hij/Zij vroeg de documenten op.
  • Wij vroegen de resultaten op.
  • Jullie vroegen de verslagen op.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Opvragen with some of the pronouns.

  • Ik heb de gegevens opgevraagd.
  • Jij hebt de informatie opgevraagd.
  • Hij/Zij heeft de documenten opgevraagd.
  • Wij hebben de resultaten opgevraagd.
  • Jullie hebben de verslagen opgevraagd.