parlevinken

Conjugations List of Parlevinken.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikparlevinkparlevinkteheb geparlevinkt
jij, je, uparlevinktparlevinktehebt geparlevinkt
hij, zij, hetparlevinktparlevinkteheeft geparlevinkt
wijparlevinkenparlevinktenhebben geparlevinkt
jullieparlevinkenparlevinktenhebben geparlevinkt
zij, zeparlevinkenparlevinktenhebben geparlevinkt

Presens
Beta

Example presens sentences for Parlevinken with some of the pronouns.

  • Ik parlevink.
  • Jij parlevinkt.
  • Hij/Zij parlevinkt.
  • Wij parlevinken.
  • Jullie parlevinken.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Parlevinken with some of the pronouns.

  • Ik parlevinkte.
  • Jij parlevinkte.
  • Hij/Zij parlevinkte.
  • Wij parlevinkten.
  • Jullie parlevinkten.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Parlevinken with some of the pronouns.

  • Ik heb geparlevinkt.
  • Jij hebt geparlevinkt.
  • Hij/Zij heeft geparlevinkt.
  • Wij hebben geparlevinkt.
  • Jullie hebben geparlevinkt.