quoteren
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | quoteer | quoteerde | heb gequoteerd |
| jij, je, u | quoteert | quoteerde | hebt gequoteerd |
| hij, zij, het | quoteert | quoteerde | heeft gequoteerd |
| wij | quoteren | quoteerden | hebben gequoteerd |
| jullie | quoteren | quoteerden | hebben gequoteerd |
| zij, ze | quoteren | quoteerden | hebben gequoteerd |
Presens
Example presens sentences for Quoteren with some of the pronouns.
- Ik quoteer de resultaten van het onderzoek.
- Jij quoteert de offertes voor het project.
- Hij/Zij quoteert de prijzen van de producten.
- Wij quoteren de klanttevredenheid regelmatig.
- Zij quoteeren de boeken op basis van hun waarde.
Imperfectum
Example imperfectum sentences for Quoteren with some of the pronouns.
- Vroeger quoteerde ik de resultaten van het onderzoek.
- Vroeger quoteerde jij de offertes voor het project.
- Vroeger quoteerde hij/zij de prijzen van de producten.
- Vroeger quoteerden wij de klanttevredenheid regelmatig.
- Vroeger quoteerden zij de boeken op basis van hun waarde.
Perfectum
Example perfectum sentences for Quoteren with some of the pronouns.
- Ik heb de resultaten van het onderzoek gequoteerd.
- Jij hebt de offertes voor het project gequoteerd.
- Hij/Zij heeft de prijzen van de producten gequoteerd.
- Wij hebben de klanttevredenheid regelmatig gequoteerd.
- Zij hebben de boeken op basis van hun waarde gequoteerd.