terugstromen

Conjugations List of Terugstromen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikstroom terugstroomde terugben teruggestroomd
jij, je, ustroomt terugstroomde terugbent teruggestroomd
hij, zij, hetstroomt terugstroomde terugis teruggestroomd
wijstromen terugstroomden terugzijn teruggestroomd
julliestromen terugstroomden terugzijn teruggestroomd
zij, zestromen terugstroomden terugzijn teruggestroomd

Presens
Beta

Example presens sentences for Terugstromen with some of the pronouns.

  • Het water stroomt terug in de rivier.
  • De melk stroomt terug naar de fles.
  • De regen stroomt terug in de grond.
  • Het bloed stroomt terug naar het hart.
  • Deze gedachten stromen terug in mijn hoofd.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Terugstromen with some of the pronouns.

  • Vroeger stroomde het water terug in de rivier.
  • Vroeger stroomde de melk terug naar de fles.
  • Vroeger stroomde de regen terug in de grond.
  • Vroeger stroomde het bloed terug naar het hart.
  • Vroeger stroomden deze gedachten terug in mijn hoofd.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Terugstromen with some of the pronouns.

  • Het water is teruggestroomd in de rivier.
  • De melk is teruggestroomd naar de fles.
  • De regen is teruggestroomd in de grond.
  • Het bloed is teruggestroomd naar het hart.
  • Deze gedachten zijn teruggestroomd in mijn hoofd.