vernieuwen

Conjugations List of Vernieuwen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikvernieuwvernieuwdeheb vernieuwd
jij, je, uvernieuwtvernieuwdehebt vernieuwd
hij, zij, hetvernieuwtvernieuwdeheeft vernieuwd
wijvernieuwenvernieuwdenhebben vernieuwd
jullievernieuwenvernieuwdenhebben vernieuwd
zij, zevernieuwenvernieuwdenhebben vernieuwd

Presens
Beta

Example presens sentences for Vernieuwen with some of the pronouns.

  • Ik vernieuw mijn telefoon om de twee jaar.
  • Jij vernieuwt je abonnement regelmatig.
  • Hij vernieuwt zijn website met nieuwe inhoud.
  • Wij vernieuwen de verpakking van ons product.
  • Zij vernieuwen hun lidmaatschap bij de sportclub.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Vernieuwen with some of the pronouns.

  • Vroeger vernieuwde ik vaak mijn garderobe.
  • Toen ik jong was, vernieuwde ik altijd mijn kapsel.
  • Hij vernieuwde regelmatig zijn computerprogramma.
  • Wij vernieuwden elk jaar onze tuin.
  • Zij vernieuwden de structuur van het bedrijf tijdens de crisis.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Vernieuwen with some of the pronouns.

  • Ik heb mijn rijbewijs vernieuwd.
  • Jij hebt de presentatie vernieuwd.
  • Hij heeft zijn kamer opnieuw ingericht.
  • Wij hebben de contracten vernieuwd.
  • Zij hebben het menu van het restaurant vernieuwd.